14/11/2025
Werkplaatsmecanicien(ne)
Vivaqua
regio Brussel
IN THE FIELD
Maintenance Magazine 141 – september 2018
Groeiend belang kalibratie vergt aangepaste organisatie
Kalibratie is cruciaal voor de kwaliteit van uw product en de veiligheid van uw proces. Toch wordt het voornamelijk als een hinderpaal ervaren: iets dat vooral vervelend is en het proces vertraagt. Toch kan een goed geoliede kalibratieprocedure u veel opleveren.
‘Meten is weten’ mag dan een huizenhoog cliché zijn, toch dekt het niet de hele lading, want wat men meet is niet noodzakelijk altijd even correct. Tientallen oorzaken kunnen metingen in de war sturen: externe oorzaken zoals foute instellingen, menselijke fouten of omstandigheden die er zich niet toe lenen, maar ook interne oorzaken zoals fouten in de elektronica, interferentie met toestellen in de buurt, degradatie,… Kalibratie is dus broodnodig en dat weerspiegelt zich steeds vaker in allerlei normen en certificeringen. Let wel: kalibreren is geen synoniem voor ijking. Bij kalibratie wordt de meetwaarde vergeleken met een bekende waarde. De afwijking wordt vastgesteld zodat de gebruiker weet met welke discrepantie hij rekening moet houden. Bij ijking gaat het erom of de meetwaardes in overeenstemming zijn met de exact opgelegde waardes door de instanties.
Meerdere positieve gevolgen
Hoewel kalibratie vaak ervaren wordt als een obstakel, zijn er meerdere positieve zaken verbonden met een correcte kalibratie. Een correct meetresultaat is uiteraard het eerste gevolg. Secundaire gevolgen kunnen zeer divers zijn. Een betere afstelling van uw installatie, een betere kwaliteit van uw product, vermijden van retourproducten en een hogere veiligheid in bepaalde applicaties. Bovendien geeft periodieke kalibratie ook vaak een trend aan die bijvoorbeeld kan wijzen op nakende problemen. Het laat met andere woorden toe om proactief te ageren.
Opvolgen is titanenwerk
De explosie van het aantal meettoestellen en sensoren is slechts een deel van de bekommernis, want steeds vaker leggen normen en certificeringen een gestandaardiseerde werkwijze op, terwijl dat vroeger beperkt bleef tot een beknopt ‘zorg voor correct gekalibreerde toestellen’. Vandaag moet kalibratie volgens een bepaald stramien verlopen, moet de verslaglegging correct genoteerd en bijgehouden worden en de frequentie nauwgezet opgevolgd worden. Tekenend is dat de norm ISO 9001 in de gedaante van de EN 17025 een broertje heeft dat specifieke kwaliteitseisen oplegt aan entiteiten die kalibraties willen uitvoeren.
Getuigenis
André Vermeiren (*) is sinds 1997 werkzaam op de onderhoudsdienst van een groot chemisch bedrijf, een wereldspeler in haar branche. Hij licht toe hoe zij te werk gaan: “Vroeger was er niet echt een gestroomlijnd beleid rond kalibratie. Er waren wel wat richtlijnen vanuit de hoofdzetel maar al bij al was dat beperkt in omvang en diepgang. We moesten ervoor zorgen dat we wettelijk in orde waren, daar kwam het ongeveer op neer. Maar in de praktijk was het eigenlijk elke afdeling (zeven verschillende) die dit wat organiseerde voor zichzelf, soms waren er zelfs subafdelingen die een andere manier van werken hadden dan hun hoofdafdeling. Dat leidde soms tot absurde situaties waarbij bijvoorbeeld één en dezelfde externe firma op maandag langskwam om vijf niveaumeters te kalibreren in afdeling A, op woensdag de gasanalysatoren van afdeling B en de week daarop enkele bewakingssensoren in afdeling C, terwijl ze dat evengoed in één beweging hadden kunnen doen. Het was pijnlijk om vast te stellen dat die externe partijen zelf die absurde toestand aankaartten, terwijl het een intern organisatorisch probleem bij ons betrof.”
“De onafhankelijkheid van de (sub-)afdelingen leidde ook op andere vlakken tot moeilijkheden. De wijze van bijhouden en opvolgen was niet gelijklopend. Vandaag beschikken we over speciale software om onze kalibraties bij te houden, maar toen was dat nog lang het geval niet. Zelfs Excel was toen nog niet zo ingeburgerd. De eerste stap naar een gelijkrichting kwam er in 2005, toen van bovenaf een aangepaste werkwijze ingevoerd werd die alle afdelingen moesten volgen. Vanaf toen kwam er een uniforme Excel die de afdelingen moesten invullen. Dat was eigenlijk de eerste stap naar uniformisering.”
“Maar dat was nog niet voldoende, want eigenlijk werd de manier van invullen en opvolgen wel wat beter afgestemd, de situatie in de praktijk veranderde bitter weinig. Zelfs integendeel. De Excels werden wel ingevuld, maar mensen die jaren aan een stuk iets gewoon zijn, stappen daar niet graag vanaf. In heel wat afdelingen werd de Excel gezien als een extra belasting, enkel bedoeld voor de administratie door de overheid. Ze behielden dus in de meeste gevallen het eigen systeem, waardoor er meerdere afdelingen met twee systemen naast elkaar begonnen te werken. En dat zette de deur open voor fouten, uiteraard. Zaken werden verkeerd overgezet of slechts op één van beide systemen ingevuld. Maar de kalibraties moeten wel perfect bijgehouden worden: meetdatum, identificatienummers van metingen, afwijkingen en noem maar op. Zelfs als die goed bijgehouden worden, kan iedereen nog een andere manier van noteren hebben.”
“De belangrijkste stap kwam er toen van bovenaf beslist werd om alle andere systemen overboord te gooien en de Excel én de beslissingsrechten om externe partijen op te roepen in handen van de centrale onderhoudsdienst te geven. Vanaf toen was het gedaan met absurde situaties en fouten.”
“Maar bedrijven staan niet stil, ook het onze niet. Sinds ik hier aan de slag ging, is het bedrijf jaar na jaar gegroeid. De plant veroudert ook uiteraard en er wordt de laatste jaren steeds vaker geopteerd voor revamping van bestaande installaties in plaats van vernieuwing. Dat bezorgt de onderhoudsdienst veel meer werk dan vroeger. Daar bovenop komt nog dat de sensoriek explosief gestegen is de laatste jaren. Ik geef u de pompaandrijvingen die ons proceswater naar de verwerking stuurt als voorbeeld. Vroeger zat daar quasi niks op van sensoren. Vandaag zijn ze voorzien van trillingsmetingen, temperatuursensoren, oliekwaliteitsindicatoren en noem maar op. Ook in de veiligheids- en andere normen is steeds vaker meer aandacht voor ijking en kalibratie. Tel daarbij nog dat ook wij geconfronteerd worden met een tekort aan technisch geschoold personeel en dan is het logisch dat de tijd ontbrak om het kalibratiegeheel er te blijven bijnemen. Enkele jaren terug hebben we dan een aparte kalibratiedienst opgericht. Eerst bestond die uit drie medewerkers, vandaag zijn we met tien. Zij hebben elk zowat hun eigen specialiteit, al kunnen ze elkaars werk overnemen indien nodig. De opdeling in specialiteiten is er niet meteen voor het kalibratieproces, wel om de regelgeving en normering ter zake op te volgen. Die zijn voor een gewichtsmeting van een procesingrediënt helemaal anders dan voor een trillingsmeting bij een pomp. De profielen zijn zeer divers: er zijn drie graduaten elektronica, er is iemand met een graad in de fysica en twee industrieel ingenieurs maar ook mensen die doorgestroomd zijn uit de onderhoudsafdeling.”
“Het is wel zo dat we niet alles ‘in house’ kunnen kalibreren. Voor enkele chemische processen zijn er sowieso externe specialisten nodig. Je kan niet voor alles gecertificeerd zijn. Bij sommige meettoestellen zit de kalibratieservice overigens mee in de aankoop vervat.” <<
(*) Deze naam is een pseudoniem.
Door Sammy Soetaert
Zelfdiagnose en automatische kalibratie
Niet alle meettoestellen zijn even makkelijk bereikbaar. Denk bijvoorbeeld aan temperatuurmeting in opslagtanks, of metingen in gevaarlijke omgevingen. In dat geval kan autokalibratie soelaas bieden. De moeilijkheid ligt er in dat een correcte referentie moet worden gegenereerd, het is dus zeker niet voor alle meettoestellen mogelijk. Een prima voorbeeld waarbij dit wel lukt zijn temperatuursensoren. Een bepaalde keramische samenstelling verandert abrupt van vorm wanneer ze een specifieke temperatuur (de zogenaamde Curietemperatuur) bereikt. Bij die temperatuur verliezen ferromagnetische materialen hun permanent magneetveld. Als de kalibratie exact uitgevoerd wordt op dat moment, is er dus een referentietemperatuur beschikbaar en kalibreert het toestel zichzelf.



