ASSET MANAGEMENT  
Maintenance Magazine 157 – september 2022

Risk Based Inspection

Dynamisch onderhoud en inspecties voor statische apparatuur

Onverwachte en/of wederkerende storingen zijn al jaren de grote ‘Angstgegner’ voor een onderhoudsdienst. Preventieve, predictieve tot prescriptieve onderhoudsmethodes beperken deze risico’s, maar de focus ligt vooral op rotating equipment. De Risk Based Inspection methode (RBI) kan hetzelfde betekenen voor statische delen van een installatie, door de risico’s en hun gevolgen beter in kaart te brengen.

Door Sammy Soetaert

Vraag aan 100 maintenance managers aan welke taak zij meteen denken en de kans is groot dat ‘smering van bewegende delen’ het topantwoord zal zijn. Daar valt weinig tegenin te brengen. Het falen van rotating equipment willen we nu meer dan ooit vermijden, omdat het lang wachten is op wisselstukken en de beschikbaarheid van externe onderhouds- en reparatiediensten onder druk staat. Het onderhoud van statische delen heeft evenwel een wat ‘saaie’ reputatie: meterslange pijpleidingen en enorme tanks herhaaldelijk onderzoeken, hoeft dat nu echt? Daarnaast is deze taak niet zonder risico voor het uitvoerend personeel: er wordt vaak gewerkt op hoogte of in besloten ruimtes. Dat brengt kosten met zich mee door de extra veiligheidsmaatregelen. Dergelijke inspecties van statische delen worden vooral uitgevoerd, omdat de wetgeving of verzekering het oplegt, of omdat een klant dat nu eenmaal vraagt. Meestal gaat het dan om periodieke inspecties (Time-Based Inspections) waarvan de resultaten vaak in de lijn liggen met die van de vorige inspectierondes. Voor veel onderhoudsdiensten voelt deze verplichting dan ook aan als een overbodig nummer. Hoe kan dat efficiënter en effectiever aangepakt worden? Een antwoord ligt in een andere benadering: niet langer vanuit de periodiciteit, maar in functie van de risico’s. Voor statische apparatuur wordt deze benadering Risk Based Inspection (RBI) genoemd.

Centraal in RBI

Wie wil starten met Risk Based Inspection wordt al gauw geconfronteerd met een heuse berg aan informatie. Bovendien sleurt RBI wat onterecht het etiket ‘duur en omslachtig’ mee. Om te weten hoe het nu echt zit, staken we ons licht op bij Ahmed Mhaoui Materials&Corrosion/AssetManagement expert van Sitech Services in Geleen. Hij is de grondlegger van de pragmatische benadering van RBI. “RBI bestaat ondertussen al meer dan 30 jaar. In de beginjaren was het nogal conservatief van opzet, maar vandaag zien we dat het snel evolueert onder invloed van ‘lessons learned’ van historische integriteit, fail cases en de opkomst van big data. Dat betekent niet dat sensoren en digitalisering de drijver zijn van de stijgende populariteit. Die is eerder terug te brengen tot de verouderende infrastructuur en borging van historie en kennis, omdat men vaststelt dat de faalmechanismen niet langer aangepast zijn aan de ‘huidige’ realiteit. Ik geef een voorbeeld: stel dat je een faalmechanisme hebt waarbij de wanddikte van een leiding met 0,05 mm per jaar afneemt. Bij gloednieuwe infrastructuur is dat totaal geen issue, maar wie een installatie van pakweg 40 jaar oud beheert moet toch goed nadenken of zijn benadering nog wel de juiste is.”

Hoe starten?

Mhaoui: “Wereldwijd wordt de norm API 580/581 vaak als leidraad gebruikt, maar die is nogal omslachtig of biedt alleen handvatten hoe je RBI kunt toepassen. Echter, weet je nog steeds niet hoe je voor je eigen situatie een geschikt RBI programma implementeert. De praktische toepassing kan dan duur en complex uitvallen en tot veel onbegrip leiden.” In een eerste stap ga je de faalmechanismen bepalen die potentieel voorkomen in het proces, gekoppeld aan je statische apparatuur. Het ontwerp van de apparatuur, de gebruikte materialen, de bedrijfsparameters, de samenstelling van de fluïda en bijhorende historie worden geanalyseerd en op basis van die bevindingen moeten de toepasselijke faalmechanismen geëvalueerd worden. Dit is een belangrijke taak voor een RBI team. “De samenstelling van dit team is zeer belangrijk. Elk bedrijf heeft specialisten in huis die expertise hebben over hun werkgebied, maar het is belangrijk om ze samen rond de tafel te brengen om alles te laten ‘samensmelten’ tot die éne pragmatische RBI gedachte. Wij merken bovendien dat RBI studies over het algemeen kwalitatiever zijn als er een externe RBI specialist bij betrokken wordt. Als bedrijf is het zaak om je eigen sterktes én zwaktes te erkennen. Voor een externe specialist is het soms makkelijker om dat in kaart te brengen. Samenwerken met externe partners (in een netwerk) ondersteunt de borging van kennis voor iedereen.”

Grenzen definiëren

“Na de risico-inschatting kun je er een bepaald type Operating Window aan koppelen. Dit is het geheel aan limieten waarbinnen variabelen die de integriteit, betrouwbaarheid, beschikbaarheid, kwaliteit en SHE van een installatie/product kunnen beïnvloeden, zich moeten bevinden. Eenvoudig gezegd zijn ’Operating Windows’ de grenzen waarbinnen een machine of proces optimaal kan werken”, legt Mhaoui uit. Eén van de meest bekende is het zogenaamde ‘Integrity Operating Window (IOW)’. Werken buiten de IOW kan schade of defecten veroorzaken, die anders voorkomen had kunnen worden. Omgekeerd kun je via de IOW sommige acties uitstellen, als de anomalie zich nog binnen de grenzen bevindt. Mhaoui : “Als je een wanddikte-afname vaststelt, maar de resterende dikte blijft binnen de vooropgestelde minimumwaarde, dan hoef je niet meteen de installatie stil te leggen. Wie erin slaagt om de risicofactoren op een kwalitatieve manier te verifiëren en te garanderen dat de machine of installatie binnen het IOW werkt, voldoet aan alle voorwaarden om de risico’s onder controle te houden. In dat geval wordt het gewicht van de periodieke visuele inspectie evenals bijbehorend periodiek onderhoud anders bijgesteld en krijg je meer gerichte controle.” Anders betekent dat periodieke inspecties en/of onderhoud intensiever kunnen worden, maar andersom kunnen ze veel milder worden of zelfs verdwijnen. Dit alles is afhankelijk van toestand van je statische apparatuur. Je legt de focus veel beter en je krijgt een betere scoping tot stand op jaarbasis of langer.

Corrosiestudie

Na het vaststellen van de faalmechanismen wordt een inspectie-, monitoring- en onderhoudsschema opgesteld. Vaak wordt er eerst een toestelstudie en een corrosiestudie uitgevoerd, waarbij men zeer concreet de theoretische aannames uit de opgestelde faalmechanismes moet paren aan de reële bevindingen. “Via de corrosiestudie kun je met andere woorden bepalen wat je exact moet doen, wanneer en met welke middelen. Wat kan er tijdens een stop gebeuren? Wat kan nog uitgesteld worden? Wat moet tijdens bedrijf bewaakt worden? Ook de corrosieloops zijn hierin belangrijk. Voor onderdelen met gelijkaardige vloeistoffen die onderhevig zijn aan gelijkaardige procesomstandigheden en die resulteren in gelijkaardige potentiële schademechanismen voor eenzelfde constructiemateriaal, zal de corrosie-evolutie gelijkwaardig verlopen. Via corrosieloops kunnen deze delen samen genomen worden. Het eindresultaat is een inspectie, monitoring en onderhoudsschema afgestemd op de reële situatie en noodzaak”, aldus Mhaoui.

Hints en tips

Mhaoui : “Een RBI- benadering is nooit een afgewerkt product, het is eerder een ‘verbeterloop’. Na de eerste grote studie heb je een goed instrument in handen, maar het is wel de bedoeling dat je via kleinere evaluaties het inspectie- en onderhoudssysteem telkens blijft verbeteren. Als er nieuwe bevindingen zijn moet het verhoogd of verlaagd risico teruggekoppeld worden naar je risicomatrix. Wat wij ook wel eens vaststellen: bedrijven kopen eerst de software en kijken vervolgens hoe ze hun inspectie, reparatie, vervanging en onderhoudsacties daarin kunnen onderbrengen. Dat is helaas de omgekeerde werkwijze. Zorg dat je methodiek eerst op punt staat, want binnen RBI kan je meerdere paden bewandelen. De API 581 is bijvoorbeeld 100% kwantitatief gericht, wat niet voor elk type bedrijf geschikt is. Bovendien is deze norm opgesteld voor nieuwe installaties. Daarnaast is er de EN 16991 norm. Deze normen hebben absoluut een grote waarde, wijzelf gebruiken er ook delen van. Maar benader ze altijd met de eigen situatie in het achterhoofd. In Nederland hebben we naast de wet ook praktijkrichtlijnen, waarin bijvoorbeeld eisen omschreven zijn rond periodieke keuringen, te volgen termijnen, verlengingen, toe te passen onderzoeken evenals selectie van veel voorkomende faalmechanismen. De puzzelstukken zijn er, maar de puzzel moet je zelf leggen.” De wet schrijft alleen voor dat je gedegen RCM + RBI programma toepast voor je drukapparatuur en daarmee voldoet aan de wettelijke eisen. “Begin er liever vandaag dan morgen mee en doe dit ‘mondjes maat’, want het systeem levert een schat aan historische informatie op. Dat helpt bijvoorbeeld bij de tijdige correcte bepaling van de restlevensduur en het bepalen van de prioriteiten. Onze ervaring is, dat wanneer men tot deze methode gedwongen wordt door incidenten dit zeer kosten- en tijdsintensieve trajecten zijn vanwege korte verplichte doorlooptijd opgelegd door overheid, verzekering of eigenaar. Zorg voor een sterk deskundig RBI team in combinatie met leiderschapsmanagement. Wederzijdse en open communicatie in deze is ook één van de succesfactoren”, besluit Mhaoui.

Lerend Netwerk van BEMAS rond RBI

Hoe kunnen we ook in België de inspectie-intervallen vergroten dankzij RBI en digitale bewaking van de Integrity Window en op deze manier de concurrentie positie van de Belgische Chemie versterken? Dat is de centrale vraag in het lerend netwerk dat BEMAS opstart rond deze materie. Om dit ook in Vlaanderen te realiseren start BEMAS een werkgroep op waarin asset owners, inspectieorganismen, NOBO’s en de Vlaamse overheid samen zullen overleggen. De werkgroep wordt mee begeleid door Sitech Services. Meer informatie vindt u op de website van BEMAS: www.bemas.org