VOORWOORD  
Maintenance Magazine 145 – oktober 2019

Quousque tandem abutere? (*)

Voorbije zomer kostte een dramatisch arbeidsongeval bij Joris Ide in Zwevezele het leven aan een onderhoudstechnicus. Het slachtoffer, werkzaam voor een contractor, raakte gekneld tijdens het onderhoud toen een mechanische arm van de machine onverwacht terugkeerde. Nochtans is er in deze tijden van Internet of Things en Industrie 4.0 voldoende technologie op de markt om risico’s op dergelijke ongevallen verder in te dijken. Als we ze tenminste omarmen.

Menselijke fout tijdens onderhoudsinterventie

Langs deze weg wens ik eerst en vooral mijn medeleven te betuigen aan de familie en de collega’s van alle betrokkenen. Volgens de eerste verklaringen van de arbeidsauditeur was het ongeval te wijten aan een menselijke fout: een interimarbeider schakelde nog tijdens de onderhoudsinterventie de machine weer in, waardoor het slachtoffer gekneld raakte. De machine om metalen profielen op te tillen, was pas enkele maanden operationeel. In de dagen voor het ongeval waren er herhaaldelijk problemen. Vermoedelijk was er iets mis met een sensor, waardoor het magnetiserend systeem waarmee de profielen opgetild worden faalde.

Storingsonderhoud is gevaarlijk

Jammer genoeg blijkt nog maar eens hoe gevaarlijk een job als onderhoudstechnicus kan zijn. Statistieken tonen aan dat een onderhoudstechnicus een zesmaal hogere kans op een dodelijk arbeidsongeval heeft dan een brandweerman. In dit geval is duidelijk dat de machine geregeld haperde. Dat leidde tot meerdere storingsinterventies, jammer genoeg de laatste met fatale afloop. Eerder onderzoek van BEMAS toonde al aan dat een onderhoudstechnicus die actief is in een reactieve onderhoudsomgeving, twaalf keer meer kans heeft op een arbeidsongeval dan een collega die werkt in een omgeving waar vooral gepland preventief onderhoud gebeurt.

Had dit voorkomen kunnen worden?

Het voorval onderstreept ook het belang van een goede veiligheidscultuur. Zonder me uit te spreken over de specifieke omstandigheden van dit ongeval, is het duidelijk dat het toepassen van een goede Lock Out & Tag Out procedure (LOTO) de kans op een dergelijk ongeval in grote mate vermindert. Zeker wanneer er verschillende partijen bij de onderhoudsinterventie betrokken zijn. Deze technische en procedurele omkadering is op zich niet voldoende. Er dient ook de juiste veiligheidscultuur te heersen, zodanig dat de LOTO procedures telkens opnieuw worden toegepast. En dat is niet altijd evident. Zeker wanneer dezelfde storing herhaaldelijk de productie stillegt, is het des mensen om proberen tijd te besparen door de LOTO over te slaan.

Innovatie komt te hulp

In deze tijden van Internet of Things en Industrie 4.0 zijn er innovatieve oplossingen die de veiligheid van de technici drastisch kunnen verhogen. Eén ervan is de technologie voor ‘location awareness’, waarmee de positie van technici kan gevolgd worden. Met wat denkwerk kan dit gekoppeld worden aan de machinebesturing, waardoor opstarten onmogelijk wordt van zodra er zich iemand in de veiligheidsperimeter bevindt. Ik begrijp dat er vragen kunnen worden gesteld rond privacy. Maar wie privacyregels misbruikt om de introductie van levensreddende technologie te verhinderen, heeft wat mij betreft een verpletterende verantwoordelijkheid. Ik roep dan ook alle betrokken beleidsmakers en actoren op om de nodige maatregelen te nemen om de introductie van de levensreddende lokaliseringstechnologie in Belgische bedrijven te ondersteunen. <<

Door Maintenance Evangelist, Wim Vancauwenberghe, Directeur van BEMAS

(*) Latijn voor: ‘Hoe lang nog zul je misbruik maken?’ Het is een afkorting van de aanhef van de eerste Catilinische redevoering van Cicero: ‘Quousque tandem abutere, Catilina patientia nostra?’ (Hoe lang nog, Catilina, zul jij ons geduld op de proef stellen?)